OZB is geen melkkoe

We staan als gemeente helaas niet vaak in de top 5, maar in de ranglijst van duurste gemeenten mbt de OZB doen we al jaren mee in de kopgroep.

© EWu

VVD Oldambt heeft zich de afgelopen vier jaar continu sterk gemaakt voor een verlaging van de OZB.

De automatische jaarlijkse verhoging met 2% als een soort compensatie voor de inflatie was de afgelopen jaren feitelijk onzin aangezien de inflatie om en nabij de 1% lag. Het eerste jaar na de vorige verkiezingen presteerde het nieuwe college het om de OZB met 8% te verhogen én de precariobelasting in te voeren.

Aan het eind van 8 jaar gemeente Oldambt zijn de OZB tarieven met 33% (!) gestegen, waarmee onze gemeente tot de duurste van het land kan worden gerekend.

En is dat nou echt noodzakelijk?

Op dit moment wordt er jaarlijks 12,4 miljoen OZB geïnd. 2% van deze som is afgerond € 250.000.
Onze gemeente heeft een jaarlijks begroting van 139 miljoen euro. De 2% OZB verhoging is dan 0,18% van de totale begroting – een druppel op de gloeiende plaat!

Als dat het geval is, wat maakt het dan uit en waar maken wij ons zo druk om?

Het antwoord daarop is simpel maar voor ons zwaarwegend: de OZB wordt gebruikt als een algemeen fonds waarmee gaten in de begroting worden gefinancierd.

Hebben we een tegenvaller bij de aanleg van een kunstgrasveld van € 250.000?
Onze SP wethouder van Financiën haalt laconiek z’n schouders op en zegt “Dat is dan maar zo”.
Een nieuw schoolgebouw dat eerst 4,2 miljoen zou gaan kosten maar inmiddels 7,0 miljoen? We knipperen niet eens met de ogen.
Vastgoedprojecten die niet goed verlopen en waar we een miljoen bij inschieten? No problem.
We gaan nu de Poort van Winschoten ontwikkelen; geraamde kosten 9,7 miljoen met een bandbreedte van 25%. Met andere woorden, we calculeren nu al met een marge van 2,5 miljoen extra (want dat geld is niet gereserveerd!), tegenvallers niet meegerekend.
Overigens hebben wij tegen het plan gestemd: enerzijds vanwege de onzekere financiële onderbouwing, anderzijds vanwege het feit dat er kantoren worden gebouwd op dé A1 locatie in het tweede koopcentrum van de provincie.

Een andere uitdaging t.a.v. de OZB betreft de steeds groter worden scheve verhouding tussen aan de ene kant de huizenbezitters en aan de andere kant de eigenaren & gebruikers van bedrijfspanden.
In een ‘normale’ situatie is een verhouding van 1 : 2 of 1 : 2,5 maximaal normaal.
Inmiddels is die verhouding in Oldambt 1 : 3,4 (!).
Ter verduidelijking: wanneer een huiseigenaar € 100 OZB betaald, krijgt een eigenaar en/of gebruiken van een bedrijfspand voor dezelfde WOZ waarde een factuur die 3,4 keer hoger ligt.
In onze buurtgemeente Veendam hebben ze dat probleem al in 2013 ‘ontdekt’ en wordt er jaarlijks in kleine stappen gewerkt in de richting van een normale verhouding.

Goed voorbeeld doet goed volgen is onze mening en daarom willen wij de komende raadsperiode een start maken met de verbetering van deze verhouding.

Maar ook willen we de OZB de komende vier jaar met 2% per jaar verlagen. Niet alleen omdat het kan, maar omdat het feitelijk moet vanwege o.a. onze ambitie om de MKB vriendelijkste gemeente van de provincie te willen worden!

Tevens willen we onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om de OZB voor winkeliers mee te laten bewegen met het economisch tij. Anders dan bij woningen is er wel degelijk een relatie tussen het inkomen van de winkelier en de waarde van het vastgoed. Als de waarde daalt, komt dat doordat er weinig vraag is naar het pand als gevolg van een krimpende detailhandelsmarkt. Minder omzet betekent minder inkomen.

Bij een volwassen gemeente hoort een volwassen OZB: en dat is rechtvaardig, concurrerend en eerlijk verdeeld.